In dit verhaal bepalen jullie de afloop, het lot. En er is gekozen voor: De grote tak.
4.
Ik pak na lang aarzelen de tak, klem mijn handen er goed omheen en zucht diep. Ik ga hem gewoon tegen zijn benen aanslaan, keihard. Dat geeft ons hopelijk genoeg tijd om te vluchten. Ik ga hem sowieso niet knock-out slaan, want voor hetzelfde geldt sla ik hem te hard en krijg ik problemen met de politie. Het kan dan nog zelfverdediging zijn, maar als hij schade oploopt is het alsnog een poging tot doodslag. Ik houd mezelf zo laag mogelijk terwijl ik via de bomen en bosjes dieper het bos in verdwijn. Ze gaf aan bij het meertje te zijn. Ik neem de verkorte route en blijf achter de beschutting om mezelf te camoufleren.
Ik arriveer bij het meertje en kijk of ik Jaell ergens zie. Ik loop voorzichtig om de bosjes rondom het meertje heen, hopend dat ik haar vind. Maar alles lijkt doodstil, er is geen beweging te zien of te horen. Ik arriveer bij de laatste struik, met daarnaast een boom. Ik zie ineens rode vlekken op de grond, en ik hurk. Het lijkt wel bloed. Ik voel mijn eigen bloed koken van woede. Als hij haar heeft verwond, dan kan het me niet meer schelen als ik zelf in de problemen kom. Als Steef haar iets heeft aangedaan, dan zweer ik dat ik wraak neem. Ineens hoor ik een harde gil, wat verkort wordt. Hij snoert haar de mond, hopend dat niemand het hoorde. Maar ik heb het gehoord, en ik loop in de richting van de schreeuw.
Ik zie een grote struik, met daarachter kleinere struiken en bosjes. Ik hoor geritsel, en zacht gesnik en gehuil. Ik schuif heel voorzichtig met mijn tak een paar takjes opzij zodat ik er tussendoor kan gluren. Ik zie Jaell halfnaakt op de grond liggen. Haar armen liggen gekromd boven haar hoofd, terwijl Steef bovenop haar zit en haar handen op de grond duwt. Zijn bovenlichaam is onbekleed, maar zijn broek heeft hij godzijdank nog aan.
‘Niet zo janken mens, je gaat dit lekker vinden.’
‘Ik wil dit niet Steef…’
Hij slaat haar.
‘Je hebt niets te willen, je ging hiermee akkoord toen je met me ging daten.’
‘Ik ben te jong Steef, en ik wil dit niet.’
‘Heeft je moeder je dat ingepraat?’
‘Nee, ze heeft gelijk. Ze had al die tijd gelijk. Ik had naar haar moeten luisteren. Je bent gek.’
Steef slaat haar opnieuw, en haar neus begint te bloeden.
‘Ik ben niet gek! Als je dat nog 1 keer zegt hé?’
Hij dreigt haar opnieuw te slaan, maar Jaell knikt. Ik hoor de rits van zijn broek, en ik weet dat dit het moment is. Ik sta langzaam op, heft mijn tak en haal diep adem.
‘Ga van mijn zusje af!’
Steef draait zich langzaam om, en staat op.
‘Ben je ons gevolgd?’
‘Dat doet er niet toe.’
Hij kijkt naar de tak in mijn hand.
‘Je kunt ook meedoen. Een triootje heb ik altijd al gewild.’
‘In je dromen.’
Ik kijk hem doordringend aan.
‘Kom op, ik wil best 2 voor de prijs van 1.’
Ik merk dat hij is afgeleid, want ik zie dat Jaell opgelucht ademhaalt wanneer ze haar vingers beweegt. Als ik hem nog iets meer kan afleiden, kan zij hem van zich afduwen. Ik zie haar naar mij kijken. Ik leg de tak neer.
‘Het klinkt niet slecht trouwens.’
Steef glimlacht.
‘Gelukkig ben jij schappelijker dan je zusje.’
Ik kruip tussen de bosjes door, maar houd de tak dichtbij me. Ik leg hem in de bosjes, maar wel zo dat ik hem kan pakken indien nodig.
‘Was je al begonnen met het voorspel?’
‘Nee, je bent precies op tijd.’
En op dat moment laat hij Jaell nog meer los, en Jaell pakt een handvol zand. Op het moment dat hij zich omdraait, smijt ze het in zijn ogen. Hij kermt en valt om. Ik trek Jaell omhoog, neem de tak mee en we maken dat we wegkomen.
We rennen zo snel als we kunnen naar de ingang van het bos. Maar dan valt Jaell. Ik ren terug en help haar omhoog.
‘We moeten door!’
‘Mijn voet…’
Ik kijk naar haar voet en zie een enorme rode plek.
‘Hij sloeg me op mijn hoofd en sleepte me aan mijn voet mee. Het doet pijn.’
‘Is daar waar het bloed vandaan kwam?’
‘Welk bloed?’
Ik doe snel haar blonde lokken opzij en zie inderdaad een rode vlek op haar hoofd.
‘We moeten naar het ziekenhuis.’
‘Ik kan zo toch niet over straat.’
Ze draagt alleen een beha en een onderbroek, haar kleding is kapot gescheurd door Steef. Ik trek mijn jasje uit.
‘Hier, dit bedekt het merendeel wel.’
Ze trekt hem aan en dan horen we onze grootste nachtmerrie schreeuwen.
‘Blijf hier stelletje kutwijven!’
Ik kijk achterom en zie Steef woedend op ons afstormen. Ik doe mijn arm om Jaell heen en al hinkelend proberen we de openbare weg te bereiken. Maar dan voel ik iets tegen onze rug aankomen, en we vallen beiden neer. Ik kijk achterom en zie dat Steef steeds dichterbij komt, terwijl mijn rug pijn doet. Ik ben bang dat we verloren zijn, er lijkt geen uitweg meer mogelijk. Ik heb geen bereik, geen beltegoed, en ik ben de tak kwijt.
Wat moet ik nu doen? Hoe red ik ons hier uit?
Dikke kus, Melanie
(Bepaal haar lot, de meeste stemmen gelden en dat wordt haar leven)
A. Gil zo hard als je kan.
B. Probeer 112 te bellen.
C. Verdedig jezelf met blote vuisten.
D. Doe niets, je bent verloren.
C
LikeLiked by 1 person
Bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLike
C
LikeLiked by 1 person
Bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLiked by 1 person
Ik ga voor B
LikeLiked by 1 person
Bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLike
B is denk ik niet te doen, gezien hij dichtbij is. Ik ga voor C denk ik dan
LikeLiked by 1 person
Bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLike
A is onlogisch in een bos, B is niet te volbrengen, dus ga ik voor C
LikeLiked by 1 person
Bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLike
Ik ga voor A
LikeLiked by 1 person
Bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLike
C is mijn keuze
LikeLiked by 1 person
Bedankr voor je keuze ^^ Liefs
LikeLike
Optie C met een paar flinke trappen erbij 😉
LikeLiked by 1 person
Haha, bedankt voor je keuze ^^ Liefs
LikeLiked by 1 person