Diary

Het internaat

Vandaag is de dag, de dag dat ik in een internaat ga wonen. Ik ga hier wonen, omdat ik nog thuis woon, en nog lang niet klaar ben met mijn studie. Ik studeer namelijk VWO. Mijn ouders werken beiden dagelijks, en ze moeten heel vaak weg. Mijn ouders zijn gescheiden en wonen apart, heel ver bij elkaar uit de buurt. Ze wilden dat ik hierheen ging, zodat ik structuur heb, want dat heb ik wel nodig. Het internaat is ook mooi het middelpunt. Naar mijn moeder is tien kilometer en naar mijn vader elf. Mijn broer heeft mijn hond meegenomen, zodat hij toch een goed thuis krijgt.

De taxichauffeur zet mij netjes voor het grote huis af. Ik haal mijn koffer uit de kofferbak, doe mijn rugzak over mijn schouders en loop naar de deur. Ik druk op de bel. De bel schalmt door het huis heen. Een oudere vrouw doet open. ‘Dag jongeman. Wat kom je hier doen?’ ‘Ik ben Chuck, en ik kom hier wonen. ‘Ah, Chuck. Kom verder. De anderen zijn er al. Ik ben trouwens Gertrude’. Ik loop achter Gertrude. We lopen een lange gang door. Ze stopt bij de eerste deur. ‘Deze twee deuren aan de rechterkant zijn voor jullie, de jongens. De overkant is voor de meisjes. Er zijn in dit huis vier meisjes en vier jongens. Pak eerst je spullen uit. De rest wacht op je in de woonkamer’. Gertrude opent de deur, en laat mij voorgaan. ‘Tot zo’, zegt ze lachend, als ze de deur sluit.

Daar sta ik dan, in een kamer met twee bedden en twee bureaus. Er is één kast. Als ik hem opentrek, is er één kant gevuld met overhemden. Als ik naar de bedden kijk, zie ik dat één al bezet is. Aan zijn opgeruimde spullen te zien is het een pietje precies. Ik ruim mijn spullen op en prop mijn koffer onder het bed. Ik open de deur naar de gang, en wil eigenlijk heel graag in de andere kamers kijken, maar ik besluit dat maar niet te doen. Ik loop de trap af, naar mijn andere internaat genoten.

Ik hoor al geroezemoes. Ik gluur om het hoekje, en zie dat de anderen het heel gezellig hebben met elkaar. Ik stap over de drempel heen. Een jongen met een grote bos krullen komt op mij afgelopen. ‘Welkom, jij bent vast de laatste. Ik ben Martin’. ‘Ik heet Chuck’, zeg ik. ‘Welkom, Chuck. Ik stel je even aan iedereen voor’. Een meisje met rood haar staat op, ‘Hoi, ik ben Toke’. Ik schud haar beleefd de hand. Een meisje met zwart, kort haar geeft op haar beurt ook een hand. ‘Olga’. Een jongen met zwart, kort geschoren haar steekt zijn hand op. ‘Ik heet Abel’. Een blond meisje steekt haar hand zodanig naar mij uit, dat het net lijkt alsof ik hem moet kussen. Ik besluit gewoon haar hand te schudden. ‘Ik heet Karlijn’, zegt ze lichtelijk geïrriteerd. ‘Ik heet Gijsbert’, zegt een jongen met rood stekelhaar. ‘En ik ben Willemijn’, zegt de brunette. ‘Wie is mijn kamergenoot?’, Vraag ik, als iedereen, inclusief mij zelf, weer is gaan zitten. ‘De mijne’, zegt Martin triomfantelijk. Gertrude komt terug met een glas cola. ‘Hier, jij had nog niks’, zegt ze. ‘Waar is de huisbaas?’, Vraag ik. ‘Ze is even een boodschap aan het doen’, antwoordt Gijsbert. ‘Is ze aardig?’, Vraag ik. ‘Mimi is heel aardig’, antwoordt Willemijn.

Wat vinden jullie van mijn internaat genoten?

Ltr, Chuck

8 thoughts on “Het internaat

  1. Yay, een nieuw verhaal! Ik dacht bij de titel eerst aan een eng verhaal of zo iets, maar het valt tot nu toe reuze mee haha 🙂

    Liked by 1 person

Een reactie plaatsen